Het is de pijnlijke waarheid.
Net uitgebracht onderzoek* bij maatschappelijke ondernemingen meldt:
“Uit interviews is gebleken dat organisaties ondanks de bestaande profielen vaak geen helder idee hebben over welke competenties een toezichthouder precies moet beschikken“.
En dat “governance codes onvoldoende houvast bieden om profielen goed te definiëren”.
Schrijnende uitkomsten! Juist te meer als je weet dat de helft van alle vacatures (1.500) ingevuld gaat worden door ‘nieuw bloed’.
En dat terwijl de maatschappelijke eisen aan toezichthouders juist sterk zijn toegenomen.
Gelukkig laat 75% van de huidige toezichthouders daarom in ditzelfde onderzoek weten dat permanente educatie noodzakelijk is. De vraag komt naar boven of ze weten welke competenties ze dan moeten ontwikkelen?
Ontwikkeling en vernieuwing gaan samen met het (h)erkennen van talent, persoonlijk leiderschap tonen en de stap maken van denken naar daadwerkelijk doen.
Stap 1 is dus (h)erkennen wie je bent als toezichthouder en je als zodanig te profileren.
Ken jij toezichthouders in je eigen omgeving die zich krachtig profileren?
Die vertellen over hun werk als toezichthouder, gewoon op een verjaardagsfeestje of receptie bijvoorbeeld?
Mensen die vertellen wie zij zijn als toezichthouder? Welke visie zij hebben op toezicht, waar ze voor staan, en hoe ze toezicht houden?
Maar vooral ook hoeveel plezier ze er eigenlijk aan beleven? Want dit zou eigenlijk heel normaal moeten zijn: vertellen over je werk en talenten als toezichthouder.
Hoe komt het dat toezichthouders zich te weinig profileren?
Veel toezichthouders vinden dat zij op de achtergrond dienen te blijven, onder het mom van dat de bestuurder het boegbeeld is van de organisatie.
Ook vinden veel toezichthouders het lastig om onder woorden te brengen welke talenten ze in huis hebben. En dan bedoel ik de competenties vanuit het profiel van de toezichthouder.
Maar in de praktijk blijkt dat het antwoord geven op vragen als:
Welke denkstijl hanteer je? Welke waarden vind je belangrijk? En komen die waarden overeen met de kernwaarden van de organisatie waar je toezicht op houdt?
Of, hoe houd je toezicht? net zo lastig gevonden wordt.
Waarom zou je je profileren?
Juist nú eisen belanghebbenden dat toezichthouders verantwoording afleggen en altijd aanspreekbaar zijn op het toezicht dat ze uitoefenen.
Voor hen telt de zichtbaarheidsfactor even hard mee in het eindresultaat dat toezichthouders moeten laten zien. Zonder verbinding heb je geen invloed (meer).
Bovendien willen belanghebbenden erop kunnen vertrouwen dat hun eigen toezichthouders het toezicht goed organiseren, en dat ze de juiste afwegingen maken.
Ze willen van toezichthouders horen of de organisatie op de goede weg zit.
Het is dus (nood)zaak je kwaliteiten als toezichthouder zélf voor het voetlicht te brengen. Waarbij het goed is je te realiseren dat bescheidenheid en jezelf profileren elkaar niet hoeven uit te sluiten.
Hier 5 tips voor wie als toezichthouder zichtbaarder wil worden:
1. Zorg ervoor dat niet alleen je naam op de website staat, maar ook wat je beweegt om toezichthouder te willen zijn voor deze organisatie.
2. Ervaar de behoeften en verwachtingen van belanghebbenden. Ga in gesprek met de mensen voor wie je toezicht houdt, en ga niet alleen af op managementrapportages.
3. Wees aanwezig op het intranet en laat regelmatig van je horen over je werk.
4. Zorg dat belanghebbenden worden opgenomen in het inwerkprogramma voor een nieuwe toezichthouder.
5. Maak als RvT een toezichtsplan waarin je belanghebbenden laat weten hoe jullie het komend jaar toezicht gaan houden.
Dat betekent dat je niet alleen moet weten wie je bent (in het profiel) als toezichthouder, maar van daaruit goed moet kunnen verwoorden welke toegevoegde waarde je hebt in jouw organisatie. Kun jij dat?
In ons programma Met gemak het juiste commissariaat krijgen leer je wie je bent als toezichthouder en hoe je jezelf (online) profileert. Vele toezichthouders passen het geleerde toe in hun eigen commissariaat en in sollicitatieprocedures.
* Eindrapport: De arbeidsmarkt van interne toezichthouders onder de loep door SEOR & ECORYS, oktober 2014
Interessant punt die zichtbaarheid.
Zichtbaarder zijn moet wel een functie hebben!
Wij zien dat toezichthouders vaak onvoldoende antwoord kunnen geven op de directie vraag wat hun taak en hun toegevoegde waarde concreet maakt.
Dat is overigens niet heel verwonderlijk als je bekijkt dat de Rekenkamer in een recente uitspraak vaststelt dat die taak en de rol van de toezichthouder aanscherping behoeft.
De rekenkamer geeft daarbij aan wat voor goed bestuur de belangrijke ingrediënten zijn namelijk: principes, processen, prestaties en personen.
Met name bij processen, prestaties en personen blijkt dat het lastig is om dan concreet te maken wat men hier onder verstaat.
Verder is een prangende vraag wat de goede houding is van een bestuurder c.q. toezichthouder? Wanneer levert een toezichthouder goede prestaties en welke competenties heeft een toezichthouder hierbij nodig?
Het kabinet maakt zich op dit punt ook zorgen. Meneer Opstelten schrijft op 12 november 2013 in een brief aan de Tweede Kamer dat het kabinet de kwaliteit van bestuur en toezicht in semipublieke sectoren wil verbeteren. Het kabinet laat een aantal maatregelen ontwikkelen waaronder het verlagen van de drempel tot aansprakelijkheidstelling!
Getuige de ‘bedrijfsongevallen’ van de afgelopen tijd lijken de kabinetsmaatregelen en de gestelde vragen de items voor kritische reflectie door de toezichthouder van vandaag.
Zichtbaarheid kan in het licht van deze ontwikkelingen bijdragen aan de interactie met stakeholders. Interactie die het mede mogelijk maakt dat antwoorden op die vragen worden geformuleerd.
My two cents for today
Koos Overbeeke
Als er dan toch in die mateloos ondemocratische rechtsvorm “stichting” toezichthouders moeten zijn, dan is de BASIS voor hun existentie dat zij nastreven geestelijk gezond te zijn en dat ook zoeken in al datgene waarop zij toezicht uitoefenen. Uiteraard ontraad ik geestelijk gezonde mensen om toezichthouder in een stichting te worden, want zij nemen ongehoord grote geestelijke risico’s, zowél voor zichzelf als voor alle relevante anderen! Tenminste zouden zij als bescherming voor henzelf en alle relevante anderen, een continue, hen volgende, coach moeten hebben.